Op 7 maart 2020 was ik uitgenodigd door Graal Nederland om als spreker deel te nemen aan het middagprogramma Strijdbare vrijheid – Feministische Activisten aan het woord ter ere van de internationale vrouwendag. Dit is de lezing die ik daar gaf en die geïnspireerd is door zowel mijn eigen ervaringen als door woorden die anderen hebben geschreven. Woorden en gedachtes die mij hebben overtuigd en geraakt, omdat ik ze herkende, navoelde en zelf vaak dacht. Ze zijn een vast onderdeel geworden van mijn feministisch instrumentarium. In de tekst link ik naar de bronnen van deze woorden en naar de schrijvers ervan.
Ik ben ervan overtuigd dat we hetgeen ons inspireert en motiveert moeten delen en verspreiden in de openbaarheid van de wereld. Op deze manier worden ze onderdeel van de geschiedenis en maken ze een nieuwe toekomst mogelijk. En dat is wat feministen, heksen en rebellen cultiveren met hun vrijheidspraktijken: een nieuwe toekomst waarin de wereld het thuis is voor iedereen.
#EternalDeathToPatriarchy
Er is een hashtag die ik sinds jaren regelmatig gebruik als ik mijn stem in de openbaarheid laat horen: #EternalDeathToPatriarchy. Deze vier woorden vormen de kern van mijn feministische agenda. Ongezouten, ondubbelzinnig, niet verborgen, volledig ontbloot, naakt en helder.
Nog te vaak wordt het bestaan van het patriarchaat door mensen in twijfel getrokken. Alsof het louter zou gaan om een hersenschim, een mening, een ingebeeld fantoom. Alsof het geen feitelijkheid, geen werkelijkheid is, maar een ideologische leugen die verspreid wordt door moeilijke en irritante heksen. Laat ik zo’n irritant moeilijke heks zijn. Een heks die geen leugens verspreidt, maar wijst naar de werkelijkheid. Naar de feiten.
We leven in een wereld voor mannen, gemaakt door mannen. Een wereld waarin de levens van mannen de levens van álle mensen zouden vertegenwoordigen. Een wereld waarin de levens van de andere helft van de mensheid gehuld is in stilte. De vrouwelijke afwezigheid is overal: in de geschiedschrijving, in zowat elke cultuur op aarde, in films, in regeringen en besturen, in wetgevingen, in stadsplanningen, in de farmaceutische wereld, in boeken, in zo veel talen die gekenmerkt zijn door het generieke masculiene, en zelfs in de beeldvorming van vrouwen over vrouwen.
We leven in een wereld waarin bijna 91% van de mannen en 86% van de vrouwen in 80 landen minstens een bias — een vooroordeel — tegen vrouwen hebben als het gaat om politiek, economie, onderwijs, geweld of zelfbeschikking over het eigen lichaam. En de mannelijke bias zit inmiddels ook vast verankerd in algoritmes en artificiële intelligentie.
We leven in een wereld waarin eerder bevochten rechten zoals abortus weer aan het afbrokkelen zijn. Een wereld die alleen maar door kan draaien, omdat vrouwen wereldwijd miljoenen uren onbetaald werk verrichten. Werk dat op basis van een minimum loon een waarde zou vertegenwoordigen van 10,9 miljard Dollar.
We leven in een wereld waarin feminicide niet af-, maar juist toeneemt.
Ik zou nog heel lang door kunnen gaan met het opnoemen van dit soort feiten. Feiten die bewijzen dat het patriarchaat geen hersenschim is, geen fata morgana, geen mening. Het patriarchaat is de substantiële realiteit van ons bestaan. Het patriarchaat is de feitelijke werkelijkheid van ongelijkheid, ongelijkwaardigheid en onderdrukking. En gek genoeg word je door zowel mannen als vrouwen als irritant moeilijk bestempeld als je wijst op de patriarchale onderdrukking en als je strijdt voor bevrijding ervan.
Irritant moeilijk
Ja, ik ben moeilijk. Irritant moeilijk. En dat zal ik blijven ook. Net zolang totdat het patriarchaat niet meer de gevestigde orde is in de wereld. Of tot het moment waarop ik dood ben.
Ik heb er geen moeite mee moeilijk te zijn. Moeilijk is slechts een ander woord voor gecompliceerd. En zijn we dat niet allemaal? Is niet iedereen ‘problematisch’, want complex? Vol met verschillende ervaringen, gedachtes, veranderingen, dromen. Niemand is slechts een iets, niemand is puur.
Daar komt nog bij dat elke vraag naar verandering op weerstand stuit. Weerstand van mensen die de verandering van hun conventies en tradities tegen willen houden. De wereld te willen veranderen is moeilijk en voelt vaak als een moeilijke strijd.
Maar de wereld niet te veranderen, is geen optie. Zeker niet voor vrouwen of mensen die niet als man doorgaan. In een wereld die voor en door mannen is gebouwd, zal het altijd een worsteling blijven om erin te passen. Om er echt in thuis te kunnen zijn. Maar een wereld waarin het zo moeilijk is om verkrachting, huiselijk geweld en seksuele intimidatie werkelijk de status van criminele misdaden te geven, zal nooit een veilig thuis kunnen zijn.
Daarom is feminisme zo oneindig moeilijk. Maar dat moet ons niet ervan weerhouden door te blijven strijden met als doel de wereld te veranderen.
Hét feminisme bestaat niet
Voor mij vormt het patriarchaat het fundament van niet alleen seksisme, maar ook racisme, kolonialisme, imperialisme, fascisme en het vergif dat neoliberalisme heet en dat onze leefomgeving zo wreed aan het vernietigen is. Daarom is feminisme voor mij het enige antwoord erop. Het enige middel om deze gevestigde orde te beëindigen. Het enige instrument om de wereld ervan te bevrijden, opdat zij een thuis kan zijn voor iedereen. In dit streven ben ik gelukkig niet alleen.
Op alle continenten der aarde en in alle tijden van de geschiedenis strijden en streden feministen voor de verandering van de patriarchale beeldvorming en voorstelling over sekse, gender, rechten, gelijkheid en gelijkwaardigheid. Voor een verandering van de vrouwelijke afwezigheid in de wereld. Voor het hebben van een stem en van macht aan de tafels waar de besluiten worden genomen. Voor het geven van ruimte aan mensen wier stem tot verstomming is gebracht. Mensen die anders zijn en die daarom uitgesloten worden.
Maar: er is niet simpelweg één feminisme. ‘Hét feminisme’ bestaat niet. Feminisme is geen monoliet. Pluraliteit is de wet van de aarde en dat geldt ook voor feminisme: er zijn multiple feminismen. Dat zijn de vele creatieve bewegingen die elk in hun eigen context handelen vóór vrouwen op het punt van hun oppressie, en wel wereldwijd. Het zijn bewegingen voor vróuwen en niet voor ‘dé vrouw’, want die bestaat niet.
De multiple feminismen zijn vrijheidspraktijken. Vrijheidspraktijken in eigen contexten, tradities en culturen en binnen de complexiteit van een contingente en zich steeds veranderende wereld. Vrijheidspraktijken die elk voor zich niet alleen de huidige orde bekritiseren, maar nieuwe manieren van leven en samenleven uitvinden. Ook op het punt van verhalen, geloven en dromen. Elk voor zich bieden ze vanuit hun eigen context alternatieven voor de patriarchale en neoliberale modellen voor het zelf en de samenlevingen waarin ze zijn ingebed.
Unieke mensen
Voor mij is het uiterst urgent de pluraliteit van feminisme niet over het hoofd te zien. Waarom? Omdat we stuk voor stuk unieke mensen zijn, met stuk voor stuk eigen unieke lived experiences — eigen unieke geleefde ervaringen. Ongeacht of we in eenzelfde traditie, conventie, cultuur of zelfs familie zijn geboren. Ieder mens ervaart de wereld waarin zij is geboren op een eigen unieke manier. Ieder mens heeft eigen unieke geleefde ervaringen.
Dit volledig individuele aan een mens beschouw ik altijd als het perspectief waarop iemand de wereld ziet en probeert te begrijpen. In de strijd naar bevrijding van ongelijkheid en oppressie is het daarom noodzakelijk het eigen perspectief te verbreden met de perspectieven en verhalen van anderen. Alleen dan kunnen we de verborgen machtsstructuren ontbloten, begrijpen en bestrijden.
Een moreel project en een collectieve aangelegenheid
Feminisme is een project met als doel de wereld telkens weer tot een grote safe space te maken. Bovendien is het een voortdurend project, dat nooit ophoudt. Juist omdát we leven in een zich voortdurend veranderende wereld, waardoor de rechtvaardigheid telkens weer op het spel staat.
Bevrijding van oppressie en dus vrijheid heb je niet. Vrijheid is niet iets dat in de natuur voorkomt en dat je enkel hoeft te ontdekken om het dan te kunnen plukken. Vrijheid komt pas na rechtvaardig oordelen en handelen. En vrijheid kan altijd weer verdwijnen. Net als democratie. Daarom is bevrijding en dus feminisme een moreel project dat probeert de wereld het thuis te maken voor iedereen.
Vrijheid betekent dat je iets te doen staat. Je wordt geconfronteerd met een urgentie. En wel telkens weer en telkens opnieuw. Maar je kunt dit niet in je eentje. Macht heb je nooit als individu, maar enkel als groep, als collectief. En macht is nodig om bevrijding van oppressie en rechtvaardigheid te kunnen bereiken.
Feminisme is dus niet alleen een pluraal en moreel project, maar ook een collectieve beweging, of beter: collectieve bewegingen (meervoud).
Daarom is het zaak coalities te vormen die telkens een gemeenschappelijk doel nastreven ongeacht de verschillen tussen de individuen die deze coalities met elkaar aangaan. In een zich contingente wereld zijn er veel verschillende doelen die op een gegeven moment urgentie krijgen. Denk daarbij aan zaken als #MeToo; de strijd tegen feminicide; de eis voor gelijke betaling bij gelijk werk; de strijd tegen puur mannelijke besturen in regeringen, instituties en allerlei beslissende corporaties; de strijd tegen climate emergency; het vechten tegen moslimhaat en antisemitisme; het bestrijden van armoede; de eis voor gratis maandverband, anticonceptie en hormonen; de strijd tegen de mannelijke bias in artificiële intelligentie en algoritmes; de strijd tegen huiselijk geweld, etc., etc.,etc. En dan niet nationaal, maar werkelijk mondiaal. De doelen kunnen verschuiven of ineens opkomen, juist omdat de wereld zich continu verandert.
Insluitende identiteitspolitiek en gedeeld verzet
Dit is dan ook de reden waarom ik mezelf een intersectioneel feminist noem waarbij intersectionaliteit voor mij geen aparte feministische beweging is, maar een analytisch instrument waarmee de verborgen machtsstructuren en machtsrelaties die schuil gaan achter de diverse geconstrueerde identiteiten kunnen worden blootgelegd en bestreden.
Bij deze verschillende strijden gaat het natuurlijk uiteindelijk om het individu, of beter om de vele individuen die bevrijd moeten worden van oppressie en onrechtvaardigheid.
Wat hiermee in direct verband staat is het concept van identiteitspolitiek. Dit is een begrip dat in 1977 gemunt is door de Combahee River Collective als een instrument om het internationale links en andere politieke bewegingen zo ver te krijgen dat ze ongelijkheid als een structureel en intersectioneel fenomeen zagen; een fenomeen dat onderdrukte individuen en groepen op verschillende wijze treft.
Identiteitspolitiek is dus uiterst zinvol om steeds nieuwe coalities aan te gaan. Desondanks is er in de laatste jaren veel ruis ontstaan, voornamelijk veroorzaakt door witte mannen die zich bedreigd voelen in hun patriarchale privileges en binair wereldbeeld. Daarom pleit ik voor het aanbrengen van een cruciaal onderscheid tussen wat ik noem insluitende identiteitspolitiek en uitsluitende identiteitspolitiek.
Bij een insluitende identiteitspolitiek gaat het erom instrumenten als intersectionaliteit in te zetten om verborgen machtsstructuren te ontbloten en te bestrijden en wel in de unieke contexten en geleefde ervaringen van individuele mensen en groepen.
En omdat ik denk dat elke geleefde ervaring uniek is, denk ik dat het vruchtbaarder is om die coalities aan te gaan op basis van een gedeeld verzet tegen onrecht, ongelijkheid en oppressie en niet op basis van zogenaamd gemeenschappelijk geleefde ervaringen. Gemeenschappelijk geleefde ervaringen kunnen uitsluitend werken, terwijl gedeeld verzet per definitie insluitend is.
Daarom is het motto van mijn feminisme:
Shared resistance instead of common lived experience.